Natte weer heeft weerslag op broedseizoen

Onze uilenwerkgroep (Goirle, Riel en Alphen) heeft zich vanaf ongeveer 15 mei weer ingespannen voor de nestkastcontroles in ons gebied om de broedresultaten van de kerk- en steenuilen in kaart te brengen. Waar we al voor vreesden blijkt bewaarheid te worden. De langdurige en veelvuldige regenval van bijna negen maanden werpt zijn schaduw op de uitslag van het broedseizoen: de uilen en met name de kerkuilen hebben een moeilijk en zwaar seizoen beleefd. Langdurige regenval veroorzaakte een tekort aan voedsel. Kerkuilen eten voornamelijk muizen en deze zijn veelal verdronken, onder meer doordat velden blank stonden. Tevens waren er weinig kevers en wormen. Bijkomend probleem is dat tijdens regenval uilen niet op jacht kunnen. De samenstelling van hun verenkleed stelt ze in staat om onhoorbaar te vliegen maar het nadeel is dat de veren niet “waterproof” zijn, zodat ze daardoor hun vliegkunst dan niet kunnen uitoefenen en dus ook niet kunnen jagen. Zo is het nu al duidelijk dat het uilenbestand dit jaar achterblijft vergeleken bij voorgaande jaren. De steen- en kerkuilen zijn een bedreigde diersoort en verdienen daarom alle aandacht voor instandhouding.

De steenuilen, die elk jaar al weer vroeg aan paarvorming doen en hun nestelgedrag al vanaf begin april inzetten, beginnen hun broedseizoen al snel. Vanaf half mei resulteert dit veelal in een nest met 3 a 4 pullen (jonge uilen). Na ongeveer 30 dagen gaan de jonkies hun omgeving verkennen en gaan hun vliegoefeningen doen, al of niet met succes. Dit betekent dat ze soms ook wat moeite hebben om terug in het nest te komen. Gelukkig zijn de ouderuilen hiervan op de hoogte en wordt de foeragering op de grond of in het struikgewas voortgezet. Dit is een periode dat je dus de ‘takkeling’, zoals ze nu genoemd worden, hier en daar aan kunt treffen op de grond of tussen de struiken. Dit is ook een periode dat ze erg kwetsbaar zijn. Katten en steenmarters hebben daar ook weet van, net als sommige roofvogels. Onwetendheid van bezorgde mensen die een takkeling hulpeloos aantreffen in hun tuin of elders, heeft ook regelmatig het gevolg dat de jonge uiltjes onterecht bij het vogelasiel of dierenambulance worden aangemeld en dat is echt overbodig, tenzij ze gewond zijn. Daarover zo dadelijk meer …..

Nestkasten

De plekken waar onze nestkasten hangen zijn zorgvuldig gekozen. Het plaatsen heeft alleen zin als er in de directe omgeving een goede biotoop is. Belangrijk is het voedselaanbod zoals muizen, kevers en wormen. Het is niet zo dat als je een uilenkast neerhangt, er automatisch uilen op af komen. Huisvesting aanbieden heeft pas zin als er sprake is van geconstateerde aanwezigheid van uilen in de buurt. Onze strategie is dan ook om langzamerhand het leefgebied uit te breiden aan de hand van observatie en territoriumspreiding. Tegelijkertijd hebben we een aantal nestkasten hangen die niet elk jaar bemand worden door broedende paartjes, die kasten worden vaak gebruikt als rust- of schuilplaats.

Eind juli werden wij benaderd door Vogelasiel Tilburg met de vraag: kunnen jullie twee jonge steenuiltjes herplaatsen in hun natuurlijke habitat? Door hun intensieve zorg en opvang waren de uiltjes zover dat ze weer zelfstandig hun leventje konden gaan leiden. Een nieuwe veilige, rustige locatie met voldoende voedselaanbod was nu nodig. De weesjes waren afkomstig uit Waalwijk en omgeving Breehees.

Dank zij de welwillende medewerking van onze gastgevers is herplaatsing van deze vogels mogelijk. Gastgevers zijn mensen op wiens erf of grondgebied wij onze nestkasten mogen plaatsen en de resultaten daarvan kunnen controleren.

Herplaatsen

Op 31 juli hadden we een afspraak gemaakt om de twee weesjes te herplaatsen. De medewerkers van het vogelasiel wilden hierbij graag aanwezig zijn. Dit werd voor hen een bijzondere ervaring. Het is een activiteit waar zij normaliter niet aan toe komen. Eerste opvang en zorg, screening van de dieren en transfer naar geschikte en specifieke zorg is hun belangrijkste taak. Voorzien van een transportkooi en proviand voor de uilen meldden zij zich in Goirle.

Voorbereiding voor de plaatsing is erg belangrijk. Het transport, een andere omgeving en vreemde geluiden zijn zeer stresserend voor deze dieren. We plaatsen ze daarom in een nestkast die ze de gelegenheid geeft vertrouwd te raken met omgevingsgeluiden. Voorzien van een voorraadje muizen en de mogelijkheid om wat van zich af te kijken door een stukje gaas voor de uitvliegopening, worden ze daarna met rust gelaten in de kast. Als ze hier na enkele dagen aan gewend zijn geraakt wordt de ingang vrij gemaakt en kunnen ze op onderzoek uit. Vanaf dan moeten ze voor zichzelf gaan zorgen.

Het was treffend dat de medewerkers van het vogelasiel zo betrokken waren bij hun tijdelijke gasten. Met hun allerbeste wensen voor een mooie toekomst en getooid met een identificatie-ring, werden ze liefdevol uitgezet in hun nieuwe omgeving.

Mocht u onverhoopt ooit een verlaten takkeling aantreffen, laat het uiltje dan gewoon met rust. De ouders zijn in de buurt en voeren hun jongen op een beschutte plek.

Ziet u een gewonde of dode uil of andere vogel die geringd is, dan kunt u de gegevens (*ringnummer) doorgeven aan het Vogeltrekstation te Wageningen via de site

www.Griel.nl.

Voor contact met de uilenwerkgroep Uylenspieghel:

Joost van Alphen

email: uylenspieghel@ziggo.nl