‘Het regent, het regent, de pannen worden nat. Er kwamen twee soldaten aan die vielen op hun gat.’ “Ja”, lacht Rian Govers, lid van het dagelijks bestuur van Waterschap Brabantse Delta, “in 1974 was het zó nat dat militairen kwamen helpen met de aardappeloogst. Toen gebeurde dat ook echt wel eens. Waar ik maar mee wil zeggen dat het toen ook al enorm veel kon regenen hoor. En twee jaar later was alles kurkdroog. Helemaal nieuw is het dus allemaal niet, maar het gaat wel steeds vaker voorkomen.”

Grondwater, drinkwater, beregeningsverboden en wekenlang regen achter elkaar. Hé, welke kant gaan we op met ons klimaat en wat doet Waterschap Brabantse Delta eraan? Zomaar wat vragen waar ze bij het waterschap vast en zeker antwoorden op hebben.

Sportief

Rian Govers – Gabriëls zit sinds 2023 in het dagelijks bestuur van het waterschap, een soort wethouder dus. De dijkgraaf is de ‘burgemeester’. Voor de VVD kwam ze in 2014 de gemeenteraad van Bergen op Zoom, maar splitste zich samen met twee anderen af en begon in 2021 Lokaal Realisme. Bij de laatste gemeenteraadsverkiezingen in 2022 behaalden ze evenveel zetels en kwamen ook in het college. Inmiddels was ze ook al vier jaar lid van het Algemeen Bestuur van het waterschap. Dat was voor de groep ‘Onbebouwd’ van 2019 tot 2023. Bij de laatste waterschapsverkiezingen werd BBB de grootste en na de formatie werd ze lid van het DB. “Maar ik ben ook nog steeds raadslid in Bergen op Zoom hoor.”

Depots

Het werkgebied van Brabantse Delta is grofweg te verdelen in die twee ondergronden: wat hoger gelegen zandgronden in het zuiden, klei en polders in het noorden. De begrenzing volgt ruwweg Rijksweg A58 van Bergen op Zoom naar Tilburg. “In de polders is alles goed te regelen, daar reageren ondergrond en sloten beter op extra neerslag en is er ook minder overlast. Zandondergrond is het zogenaamd ‘vrij afwaterend gebied’. In de vrij afwaterende gebieden heeft het waterschap geen invloed op het (grond)waterpeil door middel van stuwen, sluizen, gemalen en inlaten. In polders en in kleigebieden kan het waterschap veel beter de stand beïnvloeden en bijsturen. De zandgronden zijn afhankelijk van de ‘aanvoer van buitenaf’, via riviertjes die uit België komen bijvoorbeeld. Maar als het lang droog is leveren die ook niks. Dat is best een dilemma, vraagt haast om waterdepots.

Watertank

“Het grondwater heeft in jaren niet zo hoog gestaan. De bodem is verzadigd. Er kan niet meer water bij in de bodem. Alles wat nu valt, kunnen we dus niet meer vasthouden.

Normaal gesproken valt er ongeveer 850 mm neerslag in een jaar. Dat was in 2023 zo’n 200 mm meer, dus er is één kwart meer gevallen en dat maakt het grote verschil met andere winters. Letterlijk: meer dan 20 centimeter meer regen betekent echt wel wat. Bovendien is de ‘verspreiding’ ervan enorm veranderd. Het waterschap zoekt de balans tussen teveel en te weinig water. Ik weet dat in België wordt verplicht om, als je een bouwvergunning aanvraagt, je verplicht bent om een tank van 5.000 liter regenwater aan te leggen waarmee je bijvoorbeeld de tuin kunt sproeien of de toilet door kunt spoelen. Dat zou in Nederland ook moeten worden ingevoerd. Mensen, neem je verantwoordelijkheid. En de verstening van de tuinen zou ook aangepakt moeten worden. Om een bouwvergunning te krijgen zou als eis moeten worden gesteld, dat minstens 40 procent groen moet zijn.” En ondergelopen kelders? “Dat is echt een zaak voor de eigenaar van het pand. Er zijn afdoende methodes om een kelder of ruimte onder het maaiveld waterdicht te maken. Daar hebben bewoners en huiseigenaren een eigen verantwoordelijkheid.”

Droge zomers en natte winters

“De huidige waterovervloed is een duidelijke voorbode van toekomstige klimaatscenario’s. Er valt meer neerslag over eenzelfde periode dan voorheen. De trend is dat we lange, droge zomers krijgen en lange, natte winters. De neerslag valt minder gespreid dan in het verleden. Vaak veel heftiger en kort, soms gepaard gaand met hagelbuien. Onlangs nog kregen we het KNMI op bezoek die ons dat voorspelde. We weten het zelf ook niet goed hoe we daarmee om moeten gaan hoor, maar zijn er druk mee bezig. Het waterschap vindt het van belang dat breed onderkend wordt dat er ook echt een klimaatprobleem is. Dat uit zich enerzijds in teveel en anderzijds te weinig water. We lopen tegen de grenzen van het huidige systeem aan en niet alles is maakbaar. We houden al meer water vast dan voorheen – en dat doen we zoveel mogelijk. Maar: water opslaan is niet eenvoudig, er zijn geen simpele technische oplossingen. Het moet gezocht worden in het totale systeem van watermanagement.

Dilemma’s

“Het water van de spaarbekkens in de Biesbosch gaat via pijpleidingen naar Zeeuws-Vlaanderen. Die leidingen lopen langs percelen van boeren in West-Brabant die graag zouden willen beregenen. Daar komt nog wel eens kritiek op, dat zul je begrijpen. En heb je kerstbomen nodig om te overleven? Terwijl gras enorm belangrijk is. Met dat soort dilemma’s hebben wij te maken. Het hele jaar door eten wij boontjes, die worden dan weer ingevlogen. Zo ver zijn we al gekomen, want niemand die je daarover hoort.”

“We moeten koesteren wat we hebben maar ons wel bewust zijn van wat er gaande is. En de drinkwatervoorziening zou ook wel eens onder de loep kunnen worden genomen. Brabant Water, grotendeels eigendom van de provincie, rekent particulieren ongeveer 1,50 euro per kuub, terwijl een groot bedrijf 0,04 cent per kuub betaalt. Het is verleidelijk om zich toch vooral hier te vestigen...want het water is hier in Nederland zo goedkoop, top kwaliteit en altijd beschikbaar. De wetgeving daarover is vrij lastig, maar dat wil niet zeggen dat er niks mogelijk is.”

evr