Leren we van de té late reactie op de Amerikaanse rivierkreeft? Want ook de Aziatische hoornaar heeft hier nog geen natuurlijke vijanden en vermeerdert zich nu véél te snel. Deze hoornaar is iets groter dan onze ‘gewone’ wesp en heeft wat meer zwart. Wel is hij weer kleiner dan onze Europese hoornaar (de Europese lijkt vooral op een enórme wesp).

Bijen, spinnen, mieren, rupsen worden met deze grote hoeveelheden tegelijk opgegeten. De bevruchting van ons fruit en groente komt zo in flinke problemen. Onze vogels vinden dan niet genoeg eten meer. Misschien denkt u nu; ‘ben ik mooi van al die insecten af’. Maar in ruil daarvoor krijgt u deze grotere jongens in flinke aantallen, in de nazomer, op bezoek. Ze komen graag en veel op suiker en alcohol af, pikken dus graag dat terrasje met ons mee. Om eerder te reageren op dit gevaar is hulp van velen meer dan ooit nodig. Vooral in de maanden maart en april. Dan vliegen de koninginnen uit, op zoek naar een nieuwe plek om te nestelen. Een nest wordt bijna zo groot als een skippybal. Zo lang er nog geen natuurlijke vijand komt, kunnen dat nog veel skippyballen worden.

Provincie en gemeentes kunnen dit nog niet alleen.

Iedere provincie is inmiddels bezig met kennis verzamelen over deze verslindende hoornaar, maar het gaat traag, zo waarschuwen o.a. de provincies zelf, Kennis en Adviescentrum Dierplagen, Stg Wageningen Research en landelijke imkerverenigingen. Frankrijk heeft behoorlijk voorwerk gedaan in alle kennis hierover, daar kwam hij al aan in 2004. Sinds 2019 is hij in Zuid-Nederland. Verschillende werkgroepen zijn bezig met het verzamelen van locaties en kennis, maar praktische hulp is komende jaren echt nodig.

Bijna 100 Goirlenaren helpen Bart en Pieter

In Goirle zorgen Bart Kobes en Pieter de Groot dat de coördinatie van die kennis en locaties gestroomlijnd wordt. Als imker en natuurkenners zijn zij hier sinds enkele jaren mee bezig. Andere werkgroepen leren ook van hen. Je mag best stellen dat Goirle dankzij Bart en Pieter de kans krijgt om de opkomst niet tot een jaarlijkse plaag te laten groeien. Zij halen niet zelf die skippyballen uit de boom, dat doen hierin gespecialiseerde mensen, volledig afgeschermd. Want een nest benaderen is behoorlijk gevaarlijk, zeker in de nazomer. De meeste nesten zitten hoog in de boom, echter een derde zit in hagen of struiken, zoals vorig jaar op de Beekse dijk, langs het fietspad. Vorig jaar had Goirle 7 nesten in september. Eén zo’n skippybal herbergt 1000 hoornaars. Met daarna een 50-tal overlevende nieuwe koninginnen, geeft dat kans op 50 (!) nieuwe nesten.

Wat u kunt doen, naar voorbeeld vanuit Frankrijk

Als u een Aziatische hoornaar denkt te zien, helpt u al door naar waarneming.nl/go/vespa-velutina/ te gaan en daar te melden, met een foto (beter een slechte dan geen). Via de app Obsidentify is nog handiger én is leuk om meer over alle planten, bloemen en beestjes te leren. Pieter beheert de groeiende facebookgroep “Zoekgroep Aziatische Hoornaar Goirle”. Daarin kunt u ook alle ontwikkelingen volgen en vragen stellen. Bart zorgt voor Instagram, volg dan ”zagoirle”.

Jaarlijks: Koninginnen-val in maart/april

Een gevangen koningin maakt immers geen nieuw nest. De methode wordt in Frankrijk op grote schaal toegepast, om een jaarlijkse extreme plaag te voorkomen. Mét hulp dus van inwoners; een val in de tuin, parkeerplaats, moestuin. In de buurt van waar het jaar eerder een nest zat. Vorige week hebben zich 100 Goirlenaren aangemeld, meer dan verwacht. Momenteel worden extra vallen gemaakt, met hulp van andere Goirlenaren. Pieter en Bart zijn nu dagelijks bezig. Bijvoorbeeld kritisch kijkend naar de grootte van de val-roosters, om zo min mogelijk andere insecten te vangen en hoe deze er weer zelfstandig uit kunnen. De wetenschap kijkt en onderzoekt mee. Binnenkort meer over de resultaten.