Het zou de laatste vlucht worden van de bemanning van de AVRO Lancaster bommenwerper van 405 Squadron Canadian Air Force. Een bombardement op het spoorwegemplacement van Aken en dan weer terug naar de basis in de buurt van Cambridge in Engeland. Omdat het de 45ste vlucht van de bemanning was, wachtte hen een verlof in Canada. Op het laatste moment werd de Brit Stanley Alan Walker aan de bemanning toegevoegd. Het werd hun laatste vlucht, want op de terugweg werd hun vliegtuig boven Noord-Brabant beschoten waardoor één van de vier motoren uitviel. Zeven bemanningsleden sprongen uit het vliegtuig en overleefden de Tweede Wereldoorlog. Alleen de piloot kwam om het leven. De bommenwerper stortte uiteindelijk neer bij Breehees, waar de kleinzoon van Stanley Alan Walker op zaterdag 2 maart de crashplaats bezocht.
Samen met zijn echtgenote Gergie was Peter Dale-Skinner (35) op de afgesproken tijd in de kantine van Camping Breehees. Daar werd hij ontvangen door drie bestuursleden van de Afdeling Midden-Brabant van de Bond van Wapenbroeders. Peter Dale-Skinner had de burgemeester van Hilvarenbeek benaderd om meer informatie te krijgen over de crashplaats van het vliegtuig, waarin zijn grootvader in mei 1944 zijn laatste vlucht had gehad. De crashplaats bij Breehees lag destijds op het grondgebied van Hilvarenbeek en staat als zodanig als plaats van de crash vermeld. Via Jan van Eijck van Stichting Erfgoed Goirle ‘De Vyer Heertganghen’, kwam het verzoek voor meer informatie bij de voorzitter van de Afdeling Midden-Brabant van de Bond van Wapenbroeders. Zij konden zeker aan het verzoek om meer informatie te krijgen voldoen. Daarnaast was Gemma van der Klundert aanwezig tijdens het bezoek aan Breehees, zij is in Goirle zeer actief met het verzamelen van gegevens van alle personen die tijdens de Tweede Wereldoorlog in Goirle zijn omgekomen.
De juiste crashplaats
Na de begroeting werden de laarzen aangedaan om de locatie van de crash te bezoeken. Daarvoor moest ongeveer 100 meter door de modder worden gelopen. De exacte plaats ligt 100 meter voor het huis van Camping Breehees. Daar werd door Jan Schrijver, de voorzitter van de wapenbroeders uitgelegd dat de AVRO Lancaster vanuit westelijke richting, rakelings over de boerderij van de camping (in 1944 woonden hier de kinderen van Raak) vloog en 100 meter verder neerstortte. Dit gebeurde om 02.00 uur op 25 mei 1944. Het vliegtuig was op dat moment niet meer bemand. De vier motoren van het vliegtuig zijn nooit geborgen en liggen nog steeds op de crashplaats, diep onder de grond.
De laatste vlucht
De bemanning van de AVRO Lancaster, bestond uit 5 Canadezen en 3 Britten. Eigenlijk hoefden zij deze missie naar Aken niet uit te voeren, maar zij namen deze taak over van een andere, zieke bemanning. Het was immer een routinevlucht voor deze ervaren bemanning. Alleen Flying Officer Stanley Alan Walker werd op het laatste moment aan deze speciale markeringsopdracht toegevoegd om de nieuwe radarapparatuur H2S te bedienen. Hij had daarvoor een speciale opleiding in Canada gevolgd. Na het bombardement op Aken vloog piloot Gordon Bennett het toestel weer terug, richting Engeland. In de buurt van Eindhoven werd het toestel beschoten door een Duitse nachtjager. Hierdoor werd de linker binnenmotor van het viermotorige toestel uitgeschakeld. Gezagvoerder Bennet gaf de bemanning de opdracht uit het toestel te springen. In paniek trok één van de bemanningsleden in het vliegtuig zijn parachute open. Met behulp van een ander bemanningslid werd de parachute weer bruikbaar gemaakt. Intussen sprongen 5 bemanningsleden, waaronder Stanley Alan Walker in de buurt van Oirschot uit het vliegtuig. Op de grond kon slecht 1 man uit handen van de Duitsers blijven. Met de hulp van het verzet in Zeelst werd hij daar enkele maanden later door de geallieerden bevrijd. De twee bemanningsleden, die met de parachute van één van hen bezig waren geweest, sprongen in de buurt van Moergestel en kwamen ergens ten zuiden van het Trappistenklooster terecht. Zij bleven 23 dagen uit handen van de Duitsers en werden uiteindelijk in België gearresteerd. Piloot Gordon Bennett bleef doorvliegen totdat de gehele bemanning uit het vliegtuig was. Hij werd een dag later dood aangetroffen op een akker bij de Bakertand in Goirle. Zijn parachute was niet geopend. De onbemande Lancaster maakte door de aandrijving van 2 motoren aan de rechterzijde en maar 1 motor aan de linkerzijde een linkse bocht om Goirle en stortte bij Breehees neer. Gordon Bennett werd in Goirle begraven op de begraafplaats van St. Jan en in 1946 herbegraven op het Militair Canadees Kerkhof in Bergen op Zoom.
Stanley Alan Walker werd geboren in Nottingham en sloot zich in 1942 aan bij de Royal Air Force. Na zijn specialistenopleiding in Canada werd hij als navigator ingedeeld bij de Canadian Air Force. Nadat hij bij Oirschot uit het vliegtuig was gesprongen werd hij vrij snel gearresteerd door de Duitsers. Volgens kleinzoon Peter werd zijn grootvader langdurig ondervraagd, maar hij liet niets los over de nieuwe radarapparatuur. Stanley Alan Walker kwam terecht in het krijgsgevangenkamp Stalag Luft III bij de plaats Sagan in het westen van het huidige Polen. Toen de Russische troepen vanuit het oosten naderden werden de krijgsgevangen gedwongen om bij 15 graden vorst te voet een afstand van ruim 50 kilometer af te leggen. Dit waren de zogenaamde ‘dodenmarsen’. Kleinzoon Pater vertelt: “Mijn grootvader wist op het einde te ontsnappen aan de Duitsers. Hij had geluk dat de Amerikanen al ver gevorderd waren met hun opmars in Duitsland en zo gebeurde het dat hij door de linies bij de Amerikaanse troepen belandde. Vandaaruit keerde hij later terug naar Engeland. In de midden jaren 50 verliet hij het leger en werd reserve officier bij de Royal Air Force.
Bezoek Peter Dale-Skinner
“Mijn grootvader was een trotse, interessante man. Hij vertelde mij veel over zijn oorlogservaringen. Dat deed hij eigenlijk niet bij anderen. Door zijn mooie verhalen werd mijn interesse in de geschiedenis aangewakkerd. Daarom ben ik met mijn echtgenote 4 dagen naar Nederland gekomen om naast het graf van Gordon Bennett in Bergen op Zoom, ook de crashplaats van de Lancaster te bezoeken. Dit doet mij veel.”
Peter Dale-Skinner en zijn echtgenote waren zeer enthousiast over hun bezoek aan Breehees en dankbaar voor de aangeboden informatie. Na het bezoek zijn zij samen met Gemma van der Klundert het museum ‘De Bewogen Jaren’ in Hooge Mierde gaan bezoeken. Daar liggen nog enkele resten van de op Breehees verongelukte Lancaster.
JS