We zijn in deze rubriek lief en vredelievend aan het schrijven dat we allemaal broeders zijn, maar dat neemt niet weg dat je je soms kunt schamen voor je familie. De staat Israël ontstond uit schaamte voor de holocaust, de industriële vernietiging van miljoenen joden door nazi-Duitsland. Nie wieder, is een funderend principe van het na-oorlogse Duitsland, Duitsland zal door dik en dun in de bres springen voor Israël. Kritiek op Israël, zelfs gerechtvaardigde kritiek, wordt nu al gauw als antisemitisme gebrandmerkt. Ook Nederland, tenminste dat gedeelte van Nederland dat actieve herinneringen heeft en zijn geschiedenis kent, wordt gedreven door schaamte, want nergens anders in Europa werden zoveel Joden weggesleept door collaborerende Nederlanders. Joden moesten een veilig huis hebben, dat stond na WOII vast. In de Tenach lees je over Israëlieten, het verbondsvolk, het door God uitverkoren volk, bedoeld om een zegen te zijn voor alle volkeren. Ik moet nog al eens uitleggen dat Israëlieten niet hetzelfde zijn als Israëliërs; het eerste is een gelovige aanduiding, het tweede is een staatkundige, politieke. Maar toch, maar toch, het is met elkaar vermengd geraakt. Met bewondering kijk ik naar de zogenaamde “haredim”, joodse mannen die voortdurend Tora en Talmoed bestuderen, vrijgesteld van legerdienst (zoals destijds priesterstudenten bij ons ook vrijgesteld waren). Na de verschrikkelijke slachting door Hamas op 7 oktober zijn veel van die jongens onder de wapenen gegaan en doen ze mee met de niets ontziende wraakoefening van het Israëlische leger. Hoe sympathiek het verbondsvolk mij ook is – we zijn als christenen spiritueel nauw verwand – het is onmogelijk om niet afwijzend te staan tegenover die ongebreidelde wraakzucht, de totale vernietiging van Gaza, het doden van duizenden onschuldigen. Ik schaam me voor wat er daar gebeurt. Hoe kan dat ooit nog goed komen? “De enige kans op herstel, is onze wil ondergeschikt maken aan de wil van God. Als we Gods wil doen, handelen we vanuit het perspectief van de wereld als geheel. De belangen van de ander doen ertoe, niet alleen die van mij. Gods wil verbindt me met de rest van de wereld via de Schepper ervan.” Wie zegt dit? Jonathan Sacks in Exodus (blz. 196), destijds opperrabbijn van Groot-Brittannië.

Ben Loonen