In Oisterwijk is de derde deelpilot Basiskwaliteit Natuur (BKN), na Goirle en Hilvarenbeek. Voor een grote groep enthousiaste deelnemers legt Marjanne Klok van Vogelbescherming Nederland uit waar BKN om draait: het gaat goed met biodiversiteit als basissoorten (planten, mossen, insecten, vogels) algemeen zijn of dat weer worden. Soorten komen terug als de nodige landschapselementen er zijn, bijvoorbeeld heggen. Vandaag onderzoeken we het heideontginningslandschap.
Victor Retel Helmrich van het B-team Goirle laat zien dat tot het begin van de vorige eeuw uitgestrekte heidevelden de provincie bedekten, op dekzandruggen tussen zompige beekdalen. Heiderestanten waren tot ver in de jaren 1950 goed voor tal van soorten, maar nu zijn gras, bouwland, boomteelt en recreatievoorzieningen bepalend, grutto en kievit zijn verdwenen. Langs perceelranden en paden liggen kansen voor ecologisch herstel.
Landschap beoordelen
Landelijke deskundigen en lokale vrijwilligers gaan samen op pad. Vanaf de zandweg zien we gras, maïs en hoogspanningsmasten waar ooit heide was. Vier groepjes krijgen twee opdrachten: landschap beoordelen en soorten inventariseren. Bij dit landschap horen naast heide elementen als braamstruweel, bremstruweel, berkensingel en zandpaden.
Landschapselementen benoemen lukt, ze kwantificeren is lastiger, maar overleg leidt tot consensus. Het landschap scoren op aspecten, bijvoorbeeld drie keer groen, vier keer oranje, drie keer rood, leidt tot eindoordeel oranje. Maar kijkend naar die vlakte monocultuur zonder verbindingen, zou voor biodiversiteit rood niet beter kloppen?
Pseudoschorpioen onder de loep
De formulieren vullen zich met aangetroffen planten en insecten. Over de vingers van een vrijwilliger van Natuurmonumenten loopt energiek een mosschorpioen, 2 millimeter lang. Door een loep zien we de scharen op zijn kop maar de pseudoschorpioen mist een gifklier en vleugels: voor vliegen klampt hij zich vast aan de poot van een mug. Netjes teruggeplaatst zet hij zijn leven voort.
Terug in het Oude Raadhuis, tijd voor vragen. We zien in de pilots maar een paar kilometerhokken, het grondgebied van de drie gemeenten is toch veel groter? Onze waarnemingen, meldt Marjanne, krijgen bredere betekenis door ze te koppelen aan het landschapstype: beekdal, hoevelandschap, heideontginning, onderzocht in de drie pilots.
Symbool van hoop
Anjo Roorda denkt aan een breed platform voor Basiskwaliteit Natuur op de schaal van Goirle, Hilvarenbeek en Oisterwijk: we hebben niet alleen de gemeenten nodig en we willen de Basiskwaliteit zichtbaar verbeteren. Ruud van der Star van het B-team tenslotte biedt hoop: hij vond aan de rand van een veld een heideplantje, symbool en signaal dat beklijft wat belangrijk is en kan terugkeren wat we deerlijk missen.
Anjo Roorda.