Dit is Hilvarenbeek op zijn best, de boomgaard van De Flierefluiter, boerderijen in de schaduw van hoge bomen, een rustieke ‘logeerderij’, alles onder een warme septemberzon. Experts en vrijwilligers komen er de Basiskwaliteit Natuur beoordelen: het landschap en de soorten in het landschap. Vanaf een vast punt doen we onze waarnemingen, verrekijkers, loeps en vangnetjes in de aanslag. Vorige keer was het Goirle (beekdal), volgende week Oisterwijk (heideontginning), nu hier, hoevenlandschap.

Met stevige buitenschoenen verzamelen we ons in het gemeentehuis voor koffie met instructie. Basissoorten zijn algemeen of moeten dat weer worden, legt Marjanne Klok van Vogelbescherming uit, dan gaat het goed met biodiversiteit. Soorten komen terug als de landschapselementen er zijn, bijvoorbeeld heggen. Ingevlogen experts zijn er vandaag voor planten, insecten, paddestoelen, korstmossen, amfibieëen… maar lokaal is er ook veel deskundigheid, van B-team en Vereniging voor Natuur en Milieu.

Hoevelandschap

Dit is hoevelandschap, legt Victor Retel Helmrich uit: rond centraal gelegen akkers kwamen ooit hoeven met schuren en stallen, de kavels afgezet met dichte hagen als veekering en dichtbij huis moestuinen en boomgaarden. Zo ontstonden Hilvarenbeek en Goirle, met een kenmerkend gekromd wegenpatroon en straatnamen als Akkerstraat, Loo, Dekt. Tal van kleine zangvogels leven hier en rondom boerenerven huis- en boerenzwaluw, steen- en kerkuil, gekraagde en zwarte roodstaart. We gaan op pad! We benaderen het gekozen kilometerhok vanaf twee plekken: Groot Loo en Klein Loo.

Aanwezige landschapselementen zijn vlot genoteerd: greppels, raster, solitaire bomen, bomenrijen, erfbeplanting, akkers met raaigras en maïs. Karakteristiek is de zichtbare bolling in het landschap door het opbrengen van mest: een meter donkere aarde staat voor wel duizend jaar bewerken. Het patroon van 1900, in 1970 nog goed herkenbaar, is er anno 2023 alleen nog op hoofdlijnen. De weinige ruderale hoekjes, plekken waar van alles groeit doordat niemand eraan komt, zijn nog het meest waardevol voor biodiversiteit, naast de erven van boerderijen. Verbindingen ontbreken, monocultuur overheerst op grote vlakken. Het landschap scoort oranje, niet rood maar ook niet groen.

Terug naar 1900?

Belangrijke onderdelen van Basiskwaliteit voor Natuur in het hoevelandschap ontbreken. Maar gaan we dan terug naar 1900? Nee, zegt Victor, wat je ook wilt en kunt, de basis is 1970, net voor de verdere intensivering van de landbouw met het verschijnen van snijgrasvelden in plaats van de koe in de wei. De insectendeskundige intussen knielt, schepnet bij de hand, op de bodem, wijst vrijwilligers soorten aan en zorgt voor vastlegging. Hij is zeer gevraagd en als hij doorloopt hollen vrijwilligers achter hem aan: ‘Hij vliegt weg!’ De man van de korstmossen bestudeert de grote kastanjeboom. Tegen zo’n glimmende kastanje ben ik niet bestand: die verdwijnt in mijn broekzak. Dat doet mijn schoonmoeder ook, zegt een deelnemer, een kastanje in de broekzak, tegen de reuma. En..? Ze heeft geen reuma!

Van oranje naar groen

Terug onder de fruitbomen van De Flierefluiter is het gezelschap eensgezind enthousiast over de ochtend. Paddenstoelen heeft de paddenstoelenman niet gezien maar hij heeft veel meer kennis gedeeld. Zonder deskundigen kan het niet, wordt gesteld. Maar vrijwilligers zijn ook belangrijk, om Basiskwaliteit in álle kilometerhokken in kaart te brengen en een systeem gaande te houden van doorgaande monitoring: gaat het beter? Helpen genomen maatregelen? Marjanne neemt de formulieren in en gaat alles op een rij zetten. In oktober wordt gekeken: wat gaan we hier, wijzer geworden, concreet doen aan Basiskwaliteit Natuur?

Zo moeilijk lijkt het niet, iets van het hoevelandschap terug te brengen en daarmee te werken aan herstel van biodiversiteit. De nog aanwezige hoofdstructuur (zie de ‘ruit’ in de afbeeldingen) kan weer ingevuld met heggen en hagen: verbindingen in het landschap. De gekanaliseerde beek De Hilver kan weer meanderen. Belangrijk zijn meer zandpaden met bloemrijke bermen in het gebied. En de akkers worden, anders dan voor maïs voor veevoer, beter gebruikt voor granen: haver, gerst, rogge. Van oordeel ‘oranje’ naar ‘groen’? Het is goed te doen, als de eigenaar van de grond meewerkt. Volgende week Basiskwaliteit Natuur in Oisterwijk!

Anjo Roorda