De laatste vrijdag in augustus, ‘s ochtends was het nog noodweer. Deze middag gaan in Goirle vrijwilligers en deskundigen het veld in op zoek naar ‘Basiskwaliteit Natuur’, wat Hilvarenbeek en Oisterwijk doen in september, daar wordt geleerd van vandaag. Buiten het gemeentehuis zwermt en kwettert het Jeugdvakantiewerk; binnen instrueert Harry Meesters van Vogelbescherming dertig mensen voor twee soorten waarnemingen: zijn de basisvoorwaarden voor natuur aanwezig (Basiskwaliteit vóór Natuur) en welke soorten zijn er (Basiskwaliteit ván Natuur). Later wordt gekeken: welke zouden we verwachten, en hoe maken we goed wat ontbreekt.

We gaan het landschap beoordelen, en soorten zoeken en tellen. Voorwerk voor de Europese verordening voor natuurherstel, zal later worden geconstateerd. Hij heeft veel losgemaakt, de pilot van Vogelbescherming Nederland en SoortenNL, sinds de drukbezochte Startbijeenkomst in Hilvarenbeek. De drie B-teams, IVN Oisterwijk en VNM Hilvarenbeek zoeken elkaar op, de gemeenten financieren mee en landelijke soortenexperts worden ingevlogen om samen met vrijwilligers onze landschappen in te trekken, onder meer voor planten en amfibieën. In Goirle gaat het om het beekdal van De Leij.

Vouwfietsen uit de auto

Van deze pilot gaan we veel leren, kondigt Harry aan, vooral waar de methode verbetering behoeft. Eindigt het in chaos, vat organisator Anjo Roorda samen, dan hebben we toch enórm veel geleerd. Custerdcakejes lijken hem goed voor onderweg. Lokaal organisator Hendrik Dejonckheere heeft links en rechts fietsen geleend, van Vogelbescherming halen ze vouwfietsen uit de auto. Vier groepen vertrekken, ook journalist en fotograaf van het Brabants Dagblad, alles onder leiding van de mannen van het B-team.

Eén groep gidst Victor Retel Helmrich, die het begrip Basiskwaliteit Natuur hier introduceerde. De gemeente, Waterschap De Dommel en Vogelbescherming gaan mee. Negen fietsen stallen we bij een boerderij, waar Victor in gesprek gaat met de boer. We mogen verder en één van de sterke vrouwen haakt de strakgespannen schrikdraden los. Over een betonweggetje bereiken we het eerste waarnemingspunt: middenin de weilanden met rondom zo’n 500 meter zicht, samen een kilometerhok.

Punten, lijnen en (vooral) vlakken

Aan landschapselementen tekenen we de solitaire boom boven ons op, een rietsloot, een bomenrij, een boerderij met erfbeplanting… Oei, een mens, klinkt het onder een verrekijker, we hebben een soort, maar het is de verslaggever buiten zijn habitat. Wat is hier Basiskwaliteit voor Natuur? Een typisch beekdal is het niet meer: open, zonder reliëf, akkers... In termen van punten, lijnen en vlakken zijn het vooral vlakken: groot, met weinig verbindingen of beschutting. Is ons oordeel rood, groen of oranje? Donker-oranje, blijkt. Kleinschaliger en knotwilgenrijen, dat zou beter zijn, meer zoals vóór de ruilverkaveling.

Een twintigtal ooievaars cirkelt in de lucht. Op de tweede plek klinkt het direct: Rood! want maïs ontneemt het zicht. Maar even verder stroomt de Nieuwe Leij langs de achtertuinen van de Abcovensedijk. Links akkers met maïs en fijnsparren en daarachter een populierensingel. Recht vooruit: weiland met… wat is het, een rietsloot, weet Max van het waterschap. En rechts een dicht bosje, volgens Victor de oude erfbeplanting van De Leeuwenhoeve. Groen scoort dit landschap niet, maar minder donkeroranje dan het voorgaande. We praten door: wat te doen?

Ook lichtgroene vrijwilligers

De Nieuwe Leij, gegraven voor afwatering van (toen) een nat landschap, heeft rechte oevers, niet goed voor natuur: dat kan anders. Het best grote weiland kan onderbroken. Akkers en fijnsparren horen hier echt niet. Grotere ingrepen zijn denkbaar, maar er zomaar weer een moeras van maken is niet goed voor de weidevogels, dat vindt Victor zonde. Elk perceel kent zijn dilemma’s en vraag is waartoe gemeenten en grondeigenaren te bewegen zijn. Wat we niet zien, zegt Harry, is de bodemkwaliteit: wat lekt door van mest en bestrijdingsmiddelen? Regeringen moeten de komende twee jaar plannen maken voor uitvoering van de Europese verordening voor natuurherstel: onze aanpak doet, stelt Harry, het voorwerk.

Organisatoren en deskundigen ronden een inspirerende middag af in een volle fractiekamer. Het werkt! mag geconcludeerd, maar aangescherpte definities van landschapselementen zorgen voor meer helderheid in de groepen. Samenwerking tussen deskundigen en (ook ‘lichtgroene’) vrijwilligers levert echt wat op. De organisator geeft hoog op van de kringgesprekken in het veld. De stemming zit er nog steeds goed in en de laatste cakejes worden soldaat gemaakt. Pas later komt de regen terug, de natuur kan die goed hebben. Op naar de pilots in Hilvarenbeek en Oisterwijk!

Anjo Roorda