Onze raadsleden, onze volksvertegenwoordigers. Ze vormen een bont gezelschap. Ik zie het van de zijlijn aan, en verwonder mij vaak. Wat drijft deze lieden? ‘Het algemeen belang’, zullen ze antwoorden wanneer je het ze vraagt. Maar dat is zo onbepaald, en zo cliché. Wat willen ze, diep in hun hart? Niet dat ze hun ziel bloot zullen leggen (bovendien: ik beschik over niet meer psychologisch inzicht dan een aardnoot van de kouwe grond), maar toch wil ik proberen mijn beeld van hen wat scherper te stellen. Ik begin met de machtigste van de club: Mark Verhoeven.
door Norbert de Vries
Gewiekst politicus
Mark is de fractievoorzitter van Lijst Riel Goirle (LRG), de grootste partij, de partij waar geen enkele Goolse politicus omheen kan. Binnen zijn partij is Mark de absolute (-tistische) koning. Hij is de onbetwiste primus, en zijn pares zitten er eigenlijk als paladijnen grotendeels voor spek en bonen naast. Roy, de nieuweling, is tot nu toe uitsluitend opgevallen vanwege een worsteling met zijn heftige emoties die hem het spreken bijkans onmogelijk maakten. Joep mag zo nu en dan iets te berde brengen over sport. Iets wat meestentijds volkomen onbelangrijk blijkt te zijn. Erik munt vooral uit in bedenkelijk kijken en diepzinnig zwijgen. Isabelle komt zo nu en dan schrander uit de hoek, maar keert vervolgens vaak weer schielijk daarheen terug. Kortom: Mark is de allesbepalende speler en spreker.
Mark Verhoeven is een gewiekst politicus. Uitermate gewiekst zelfs.
‘Gewiekst’ vind ik een lekker woord. Ontleend aan het Duitse ‘wichsen’(poetsen; ook masturberen trouwens, doch dit ter zijde). ‘Wichse’ is boenwas. Glad, slim, uitgeslapen, handig. Pejoratief: leep, sluw.
Ik heb bewondering voor slimme politici die het politieke handwerk in hun vingers hebben. Ze spelen als geslepen pragmatici een spel dat begoochelen kan. De trukendoos steeds onder handbereik. Ja, dezulken worden niet altijd sympathiek gevonden en vaak als opportunisten weggezet, maar ze bereiken vaker hun doel dan de hooggezeten, maar enghartige Prinzipienreiter.
Wat hierboven staat is natuurlijk geheel en alleen mijn persoonlijke mening. Ter zake nu.
Marks weg naar de politiek
Ik ging met hem in gesprek op een vrijdag ergens in april. (even nagezocht: het was 14 april)
Mark vertelt; ‘Ik ben van 1986. Geboren en getogen in Riel. Mijn vader was timmerman van beroep. School: Pius X.’ Ik: ?? De Vonder toch? ‘Nee, Pius X. Zo heette de school toen.’ En daarna toog Mark naar Tilburg, naar De Rooi Pannen, om tot kok te worden opgeleid. Mijn gezichtsuitdrukking verraadt wederom mijn verbazing, en daarom verklaart Mark zich nader. ‘Ik heb in totaal dertien jaar in de horeca gewerkt. Van de Goirlese snackbar van Tra tot het Amsterdamse Krasnapolsky. Ook in het Kurhaus heb ik gewerkt, niet als kok, maar binnen de catering. Ik heb natuurlijk ooit wel gedroomd van een eigen restaurant, maar voor dat pad heb ik uiteindelijk toch niet gekozen. Ik kan best aardig overweg met de pollepel en de pannen, maar ik ben geen chef-kok die de Michelin-sterren van de hemel kookt.
Na dertien jaar had ik het wel gehad met dat drukke, reizende horeca-bestaan, en ik ging aan de Fontys bedrijfskunde studeren.’ Wéér weet hij me te verbazen. Een nogal bruuske carrièreswitch. En dan zien we nóg een belangrijk keerpunt: Mark treedt toe tot de studentenraad van de Fontys Hogescholen. Daar begint een bal te rollen. ‘Het debat voeren, opkomen voor de belangen der studenten, ja, dat vond ik mooi werk. Via de studentenraad werd ik lid van de overkoepelende Centrale Medezeggenschapsraad, de CMR. Dagelijks bestuur, vice-voorzitter, van het een kwam het ander. Je bent dan gesprekspartner van mensen als Marcel Wintels en Rob Boogaard, en daar leer je enorm veel van. Met dat werk was ik wel drie dagen in de week bezig, en dat heeft natuurlijk mijn afstuderen wel vertraagd, maar ik heb daar nooit spijt van gehad. Er stond immers een zeer waardevolle ervaring tegenover. Ik moet zeggen, dat opvallend veel leden van die studentenraad later in de lokale politiek een actieve rol zijn gaan spelen. En zo is het mij ook vergaan.’
Lijst Riel-Goirle
‘Na mijn studie ben ik bij PinkRoccade Local Government gaan werken. Ik ondersteunde en adviseerde gemeenten in heel het land op het vlak van de digitale dienstverlening. Dat heb ik een kleine vier jaar gedaan. Het was leuk werk, maar ik maakte wel heel veel kilometers per jaar: van Groningen tot Limburg, van Overijssel tot Zeeland. Sinds 2020 werk ik bals informatiemanager bij de gemeente Vijfherenlanden (een in 2019 ontstane fusiegemeente met daarin onder andere Vianen, Leerdam en Zederik).’ Als ik Mark voorleg, dat hij dan nog steeds heel veel kilometers moet rijden, antwoordt hij: ‘Gelukkig kan ik veel thuis werken. Daarom kan ik jou vandaag, op een vrijdagmiddag, te woord staan.’
Enfin, we brengen het gesprek terug naar de politiek, en Mark geeft een kort overzicht: ‘Ik ben in 2010 lid geworden van LRG. Een partij die helemaal bij mij past. Ik ben verbonden met de ziel van Riel, en mij omglanst ook het aureool van Gool. In de beginjaren was ik voor LRG lid van de welzijnscommissie. Dat hield op toen ik (tijdelijk) naar Tilburg verhuisde. In 2014 werd ik partijvoorzitter, en in 2018 raadslid.’
En wát voor een raadslid! Een jury, bestaande uit vertegenwoordigers van de diverse persorganen binnen onze gemeente, koos Mark Verhoeven laatstelijk tot het beste raadslid van het jaar. De juryvoorzitter zei: ‘De jury voorziet voor Mark een mooie toekomst ergens in bestuurlijk Nederland.’
Hebben de grote, landelijke partijen al hun hengeltje uitgegooid richting Mark Verhoeven? Mark, met een glimlach op de lippen: ‘Nee! Overigens hoeven de landelijke partijen bij mij niet aan te kloppen. Alles aan mij is ’lokaal’ en ik zet me met hart en ziel in voor mijn durpske. Ik ben niet de politiek in gegaan om carrière te maken.’
Druk? ‘Ja, hartstikke druk. Mijn vader, de timmerman, is zelfs lid geworden van LRG. Hij zei: dan zie ik je in ieder geval nog eens een keer, als is het dan bij partijvergaderingen.’