Met paraplu en regenjas verzamelden zich op 4 april, 80 mensen op de parkeerplaats bij het zwembad. De weervrouw had immers regen voorspeld in de ochtend en buien in de middag. Maar het deerde ons niet. We zouden immers grotendeels onder de pannen zijn van het Europarlement en Parlamentarium (bezoekerscentrum én museum) en lang in de bus zitten. Chauffeuse Marieke van Touringcar Van Gompel uit Veldhoven bracht ons met groot vakvrouwschap tot bij het Europarlement. Een van de vier medewerkers van Europarlementariër Tom Berendsen (Breda, 11 april 1983) ontving ons; hij boorde meteen de verwachting van koffie de grond in. Na 9.00 uur wordt er in Brussel geen koffie meer gedronken, alleen nog wijn, bier en water. Dat was de enige teleurstelling van een verder boeiende dag in het centrum van de EU waar de 27 lidstaten hun parlement hebben (naast Straatsburg waar de stemmingen plaatsvinden).

door Ben Loonen

Gemeenschappelijk

Geen koffie dus, maar we konden wel meteen aan de lunch. In de cultuur van de meeste andere landen is dat niet het broodje kaas met een glas karnemelk, maar een driegangenmenu: soep of een salade, rijst of friet, vis of kip, in saus verdronken groentes, een zoet toetje toe. Maar eerst gingen we door de security check: body scan en alles wat naar metaal zweemt in een bak inclusief broekriemen. We konden allemaal door, de paspoorten waren van te voren al bekeken en goed bevonden. Meestentijds was dus de medewerker van Tom Berendsen onze gids, Jona Bootsma. Hij ontving ons in een bijzaaltje. Daar vertelde hij ons over de driehoek van het Europese bestuur: het Parlement, de Europese Commissie, de Raad (van vakministers en/of regeringsleiders). Wat mij trof was dat het Parlement geen tweedeling kent van “regeringspartijen” en “oppositie”. Al de lidstaten verdeeld over de verscheidene politieke “families” van christendemocraten, sociaaldemocraten, liberaaldemocraten, groendemocraten, populisten, en grijsdemocraten (partijlozen, afgesplitsten, individualisten) overleggen gemeenschappelijk over de voorstellen van de Europese Commissie, stemmen voor of tegen, doen ook zelf voorstellen. De werkelijke macht ligt in de Raad.

Therese d’Arc

Tom Berendsen had een half uur voor ons – tussen andere afspraken door waarmee zijn dag vol zit. Hij bleek een aimabele, presentabele, jonge CDA’er. Samen met Henri Bontenbal, de huidige CDA-leider en fractievoorzitter in de Tweede Kamer, vertegenwoordigt hij het aantrekkelijke, nieuwe gezicht van het CDA. Ik dacht: als straks de populisten bewezen hebben dat ze er nóg minder van bakken, kunnen we dan opnieuw onze stem geven aan de oude, getrouwe, degelijke en deugdelijke partijen in het midden? Het ging over heel wat zaken. Natuurlijk over de zegeningen van Europa. Natuurlijk over de sceptische burger die zich altijd zorgen maakt over zijn centen. Wist iemand hoeveel Nederland betaalt aan de EU? Niemand. Veel te veel, zo is het sentiment. Het is 0,69 % van het bruto nationaal product. Niet eens 1 %! Nederland is weliswaar netto betaler, maar daar staat tegenover dat voor elke euro die Nederland aan de EU uitgeeft er negen terugkomen. We zijn niet alleen onverbeterlijke koffieleuten, maar ook ontiegelijke zeikers. Goed, maar Therese de Vries uit Nieuwkerk, als een hedendaagse Jeanne d’Arc, kwam met goed voorbereide vragen richting Berendsen over klimaatwetgeving, natuurherstel, de verwoesting van bodem, lucht en water. Alles wordt nu teruggedraaid, op een lager pitje gezet, op de lange baan geschoven, was haar verwijt, nee aanklacht, vanwege de boeren die tractoren hebben. Slappe hap daar in Brussel! Ze trok vooral van leer tegen glyfosaat dat weer voor 10 jaar is toegestaan, dat onze bodem kapot maakt en de boeren ziek (Parkinson). Berendsen was het ten dele met haar eens. Maar, vond hij, er worden wel degelijk stappen gezet, het zijn misschien kleine stappen en het duurt langer dan wij willen. Maar dat komt omdat de maatregelen draagvlak moeten hebben: Europa is een democratisch project, dus is het altijd pappen en nathouden, schipperen, polderen. Meer had hij niet in de aanbieding. Naderhand overwogen wij of een dictator iets zou zijn voor Europa. Een goede dictator dan, zoals Plato voor ogen had …

De zaal, de vlaggen, het museum

Na de bijeenkomst in de kleine zaal, naam Jona Bootsma ons mee naar de grote zaal. Vanaf de ruime publieke tribune (altijd openbaar toegankelijk, ook via de site van het EU-parlement zijn de beraadslagingen in de commissies live te volgen), wees hij ons waar de “families” gezeteld zijn, waar de voorzitter zit en de tolken die nagenoeg in alle talen van de EU simultaan vertalen. Het zijn uitstekende tolken, maar soms weten zij het ook niet. Jona vertelde van Hanja May-Weggen destijds die over Melkert-banen sprak. Na afloop werden de Nederlandse parlementariërs gevraagd wat er toch aan de hand was met de boeren en de koeien in Nederland, want de spreekster had het voortdurend over de “milking-jobs”. Lachen. Bij de vlaggen gingen we met z’n allen op de foto. Voort ging het naar het Parlamentarium, een museum gewijd aan de geschiedenis van onze democratie: het vooroorlogse Europa, de wens dat eindelijk de Europese landen zouden ophouden elkaar de kop in te slaan: dat was het project dat op 25 maart 1957 zijn fundament kreeg met het Verdrag van Rome door de oorspronkelijke zes lidstaten. Sindsdien is de EU een grandioos succes, er willen steeds meer landen bij komen, er is al 75 jaar geen oorlog op ons continent. Uiteraard werd er flink getamboereerd op de verkiezingen van 6 – 9 juni; in alle EU-talen werd opgeroepen: gebruik je stem, of in het Kroaats (sinds 2013): iskoristi svoj glas.

Terug naar Goirle

Hoe was het om in Brussel te zijn? Interessant. Je ziet “Brussel” meestal in het Journaal, maar er rondlopen en het echt zien is toch wat anders, zoals dat ook het geval was in het Provinciehuis in Den Bosch en in de Tweede en Eerste Kamer in Den Haag. De EU doet veel om de burgers te interesseren, om ze naar het Parlement te lokken. Zo werd de busreis (uitstekend georganiseerd door Wil van der Kruijs en Piet Poos), betaald door de EU. Als iemand zich afvraagt: wat heb ik aan de EU is daar al een antwoord. Je gunt iedereen zo’n ervaring. Onderweg naar huis zagen we nogal wat percelen land gekleurd in het giftige oranje, het zekere teken van de glyfosaat. Er moet nog heel wat gebeuren voordat de EU-landen hun bodem hebben hersteld, schone lucht hebben en goed drinkwater voor iedereen. Dat kan alleen samen, je bent een rund als je dat niet begrijpen kunt. Om 19.15 uur waren we terug op het parkeerterrein bij het zwembad, de zon liet zich nog even zien. De cafeïne-afhankelijken haastten zich naar de koffie …